De Franse landbouwbeurs SIMA sloot op 10 november zijn deuren, nadat het 5 dagen lang bezoekers had ontvangen. De voorbije editie, die zowel het ‘honderdjarig jubileum’ genoemd wordt, als ‘de reunie’, vond plaats in een aparte economische context, maar ook op een ongebruikelijk tijdstip.
Iedere beurs, of het nu een landbouwbeurs is of niet, moet evolueren. Dat heeft SIMA ook gedaan dit jaar, bijna 4 jaar na zijn laatste editie. De veranderingen waren talrijk en merkbaar en werden in verschillende mate gewaardeerd.
Datumverandering
Een eerste verandering was de inplanting op de kalender. De landbouwbeurs in Parijs vond nu voor het eerst plaats in november van de pare jaren, terwijl het voordien telkens plaatsvond in februari van de onpare jaren. Dit heeft de organisatie van SIMA gedaan om beter in te spelen op het zakelijke beslissingsproces. Investeringsbeslissingen worden op het einde van het jaar genomen en niet in het begin.
Wat denken de bezoekers ervan? De aanwezigen ter plaatse leken niet door de datumverandering negatief beïnvloed te zijn. We kunnen zelfs zeggen dat ze verheugd waren om er te zijn, om hun leveranciers of collega’s te ontmoeten, om nieuwigheden te ontdekken, of zelfs om door de tentoonstelling te wandelen die gewijd was aan het eeuwfeest, waarin een twintigtal oldtimers de evolutie van de landbouw uitbeeldden.
Van 8 naar 4 beurshallen
Er was deze editie nog een andere grote verandering merkbaar wat betreft de indeling van de beursvloer. Slechts 4 beurshallen werden bezet door standhouders dit jaar, ten opzichte van het dubbele tijdens de laatste beurseditie in 2019. Hiervoor zijn meerdere verklaringen. Allereerst wordt de Simagena, de veeteeltbeurs, niet meer samen met SIMA georganiseerd. Vervolgens is er ook het feit dat sommigen hun standruimte drastisch hebben beperkt.
Sommige fabrikanten waren terug te zien op SIMA, zoals de Franse specialist inzake bodembewerking, Grégoire Besson. Anderen lieten deze editie aan zich voorbij gaan. Het landbouwsalon in Parijs is direct geconfronteerd geweest met 2 andere landbouwbeurzen die over een internationale uitstraling beschikken, met name de EIMA, die doorging van 9 tot 13 november in Bologna, Italië; en EuroTier, dat plaatsvond van 15 tot 18 november in Hannover, Duitsland. Zo kozen JCB, Manitou, Alpego en Same Deutz-Fahr voor het Italiaanse landbouwsalon, terwijl Joskin voor EuroTier koos. Bemerken we nog dat de 4 beurshallen een restauratieruimte kregen waarvan de grootte je verbaasde. Er was zelfs een petanquebaan aangelegd en er werden petanqueballen voorzien.
Voor ieder wat wils
Er werden door exposanten talrijke nieuwigheden gepresenteerd. We noemen hierbij slechts enkele voorbeelden. Zo heeft New Holland een nieuwkomer in het gamma van de T7 tractor met lange wielbasis getoond, namelijk de T7.300. Horsch demonstreerde een pneumatische meststofstrooier die vanaf 2024 gecommercialiseerd zal worden. Het Indische BKT toonde zijn eerste rupsen voor tractoren. De groep Samson/Pichon toonde een infraroodsensor die live de NPK-waarden van drijfmest kon analyseren. Holmer toonde zijn vijfde generatie van de Terra Dos-bietenrooier. Tot slot lieten Krone en Lemken voor het eerst het prototype van hun autonoom voertuig genaamd ‘Combined Power’ aan het grote publiek zien.