CNH Industrial heeft maandag geleidelijk de productie in Zedelgem en Antwerpen heropgestart. In Zedelgem maakt het bedrijf maaidorsers en balenpersen, in Antwerpen transmissies. Zo’n 1.000 arbeiders zijn nu weer aan het werk. In maart sloot CNH Industrial de fabriek vanwege een onderdelentekort dat ontstond door de coronacrisis.
De werknemers krijgen mondmaskers en daarnaast is handgel ruim beschikbaar. Op de vloeren is aangegeven waar mensen kunnen werken, op veilige afstand van collega’s. Ook de kantine is opnieuw ingericht zodat de afstand tussen werknemers veel groter is dan voorheen. Speciale deurknoppen zijn aangevracht opdat mensen die niet meer met de hand hoeven aanraken. Bij aankomst aan de fabriek wordt van elke werknemer de temperatuur gemeten. Het bedrijf organiseert vandaag een training opdat iedereen de richtlijnen goed kent.
Elke dag evalueert het management of het werk veilig gebeurt of er aanpassingen nodig zijn. Elke dag start een nieuwe afdeling van de immense fabriek op. Volgende week is het bedrijf dan weer quasi vol in productie. In Zedelgem zijn nu circa 600 mensen aan de slag, in Antwerpen 400. In totaal werken normaal gezien meer dan 2.000 mensen in de fabrieken.