Info

Aandachtspunten bij de tiende keuringscyclus

Dit jaar werd in België reeds de tiende driejaarlijkse keuringscyclus voor spuittoestellen opgestart (2023-2025). Naar goede gewoonte wordt de keuringswetgeving driejaarlijks geëvalueerd en bijgestuurd waar nodig. Ook voor deze keuringscyclus zijn er enkele belangrijke wijzigingen.

Dit artikel licht de wijzigingen toe die gepubliceerd werden in het nieuwe Koninklijk Besluit van 28/02/23 (publicatie BS 16/03/2023).

Vooreerst werden er met de publicatie van dit nieuwe KB aan de basis van het KB keuring spuittoestellen van 13 maart 2011 enkele extra aanpassingen doorgevoerd.

Keuringsplicht

Er is nog steeds vrijstelling van keuring voor rugspuiten en alle types spuittoestellen die bij normaal gebruik door één enkele persoon kunnen gedragen worden, alsook voor lansspuiten waarbij hoogstens 2 dophouders gemonteerd zijn op de lans en waarbij de richting en de oriëntatie van de straal worden bepaald door de bediener van de lans.

Strikt wettelijk gezien zijn alle andere types spuittoestellen keuringsplichtig! Niet alleen de klassieke veldspuiten, boomgaardspuiten en allerlei types spuitapparatuur gebruikt in tuinbouw en sierteelt, maar ook toestellen die gebruikt worden op transportsystemen of banden (bijvoorbeeld witloofwortelbehandeling, champignonteelt…), losse spuitboompjes in combinatie met een drukeenheid, manuele spuitkarretjes (bijvoorbeeld groenbeheer), onkruidspuiten in de fruitteelt, spuitinstallaties op pootmachines, verneveltoestellen, enzomeer.

Dit jaar werd in België reeds de tiende driejaarlijkse keuringscyclus voor spuittoestellen opgestart (2023-24-25).
Dit jaar werd in België reeds de tiende driejaarlijkse keuringscyclus voor spuittoestellen opgestart (2023-24-25). – Foto: ILVO

De meerderheid van bovenstaande toestellen kon tot op heden gekeurd worden met 1 van de 4 bestaande keuringsprotocols. Voor enkele types was (en is) er nog steeds geen wettelijk protocol beschikbaar. In het nieuwe KB werd nu een bijkomend keuringsprotocol opgenomen dat het mogelijk maakt om alle types verneveltoestellen gebruikt in de land- en tuinbouw te keuren. Dit keuringsprotocol is hoofdzakelijk gebaseerd op het Nederlandse keuringsprotocol, waarin verneveltoestellen reeds een aantal jaren gekeurd worden. Bijkomend kan hetzelfde protocol ook gebruikt worden om graanbehandelingsinstallaties te keuren.

Wijziging toelatingsvoorwaarden

De toelatingsvoorwaarden werden gewijzigd en dit vooral in relatie tot het nieuwe keuringsprotocol voor verneveltoestellen en graanbehandelingsinstallaties.

Aangezien bij graanbehandelingsinstallaties, maar ook bij verneveltoestellen, sommige onderdelen van de installatie zich op moeilijk bereikbare locaties kunnen bevinden, wordt vereist dat alle onderdelen onder veilige omstandigheden toegankelijk zijn voor de keuringsdienst.

Verder dient bij elk verneveltoestel de doseertabel van de fabrikant aangeleverd te worden door de gebruiker, zodat de vernevelcapaciteit in liter per uur (of per minuut) kan getest worden.

Prijswijziging

Reeds bij de opstart van de keuring werd een vaste geïndexeerde basisprijs gerekend voor toestellen met een werkbreedte tot 12 m. Voor grotere werkbreedtes werd de basisprijs verhoogd per bijkomende meter met een ‘plafondprijs’ vanaf 24 m werkbreedte.

Aangezien er een duidelijke schaalvergroting te zien is, die zich vooral in Wallonië heel sterk aftekent, was het prijsplafond van 24 m over de taalgrens onhoudbaar geworden. Het extra werk aan het hogere aantal bredere toestellen stond niet meer in verhouding tot de aangerekende plafondprijs, waardoor de keuringsdienst in Wallonië verlieslatend was. In Vlaanderen is de situatie voorlopig nog min of meer rendabel, maar ook hier zien we eenzelfde trend.

Bijgevolg werd beslist (publicatie van het KB retributies van 17/02/23 (BS 28/02/23)) om het plafond op te trekken naar 40 m, met een lineaire prijsverhoging per meter van 12 tot 33 m werkbreedte en een degressieve prijsverhoging per meter van 33 tot 40 m.

Wat wijzigt er in de keuringsprotocols?

Voor de 4 reeds bestaande keuringsprotocols (veldspuiten, boomgaardspuiten, tuinbouw & sierteelt en bodemontsmetting) zijn er slechts enkele kleine wijzigingen ten opzichte van de vorige cyclus. Het nieuwe keuringsprotocol voor verneveltoestellen en graanbehandelingsinstallaties vormt de belangrijkste aanpassing in het nieuwe KB keuring.

Veldspuiten en tuinbouw- en sierteelttoestellen De belangrijkste wijziging bij veldspuiten en tuinbouw- en sierteelttoestellen betreft een verstrenging van het gebrek ‘doorhangen van de spuitboom (kleine verticale kromming)’. Tot op heden werden ‘kleinere’ verticale krommingen van 15 tot 30 cm bij kleinere toestellen (≤ 18 m werkbreedte) en van 25 tot 50 cm bij grotere toestellen (>18 m werkbreedte) genoteerd als raadgevende opmerking (klasse 3-gebrek).

Bij een aantal toestellen is deze opmerking reeds sedert jaar en dag terug te vinden op het keuringsverslag, omdat de eigenaar nooit de moeite gedaan heeft om de ‘kleinere’ kromming weg te werken. Omdat verticale krommingen nefast zijn voor het spuitbeeld, werd beslist om deze ‘kleine’ krommingen vanaf nu als klasse 2-gebrek op te nemen, waardoor deze dus effectief moeten hersteld/bijgewerkt worden tegen de volgende driejaarlijkse keuring.

Tuinbouw-sierteelt Bij toestellen met afzonderlijke losse spuitbomen (bijvoorbeeld gietbomen, serrebomen…) gevoed door een centrale drukeenheid via een haspel/leidingssysteem, wordt vanaf nu een manometer of druksensor vereist op de losse spuitboom. Over langere leidingen of haspels is er bijna altijd drukverlies, waardoor enkel een manometer op de drukeenheid onvoldoende is om de correcte spuitdruk aan de losse spuitboom in te stellen.

Verneveltoestellen en graanbehandelingsinstallaties Aangezien er een grote verscheidenheid aan verneveltoestellen gebruikt wordt in Vlaanderen, werd het keuringsprotocol dusdanig opgesteld dat een keuring op een eenvoudige en betrouwbare manier kan uitgevoerd worden. De basis van de keuring van deze toesteltypes is het vergelijken van het werkelijke verneveldebiet met het debiet dat de fabrikant aangeeft bij de geteste toestelinstellingen. De redenering is simpel. Verneveltoestellen worden door fabrikanten ontwikkeld, met als doel een nevel met een bepaald druppelgroottespectrum te creëren bij de voorgeschreven instellingen. Wanneer het gemeten verneveldebiet te veel afwijkt van het debiet dat de fabrikant vooropstelt, mag men er van uitgaan dat het toestel niet correct meer werkt en bijgevolg niet meer het optimale druppelgrootte-spectrum geeft.

Vooraleer de keuring zal aangevat worden, dient de eigenaar de combinatietabel toestelinstellingen/verneveldebiet van de fabrikant aan te leveren (zie ook de toelatingsvoorwaarden). Pas daarna zal de keuring opgestart worden.

Verder zullen uiteraard ook een aantal andere relevante zaken worden nagekeken, zoals lekkages en afstelmogelijkheden, maar ook nieuwe items specifiek voor dit type toestellen. Zo zal bij elektrische toestellen de aarding nagezien worden en de bekabeling. Bij thermische verneveltoestellen zal de vernevelpijp nagezien worden (bijvoorbeeld aanslag, oververhitting). Zo zijn voor elk specifiek verneveltoestel extra controlepunten voorzien.

Wel dient te worden vermeld dat het protocol vrij ‘soepel’ werd opgesteld voor de eerste keuringscyclus, zodat iedereen de tijd heeft om zijn toestel aan te passen/te herstellen/te vervangen tegen de volgende driejaarlijkse keuring.

IPM versus keuringswetgeving

Verder is het interessant om een aantal belangrijke verschilpunten te duiden tussen de Vlaamse IPM-wetgeving (integrated pest management) en de federale Belgische keuringswetgeving. Bovenop de verplichtingen die op de keuring nagezien worden, legt IPM een aantal extra zaken op die niét nagezien worden door de keuringsdienst. Deze extra zaken zullen door de OCI’s (erkende controle-organen) nagekeken worden bij de diverse controles die worden uitgevoerd op de naleving van de verschillende lastenboeken.

Zo schrijft de IPM-wetgeving vanaf dit jaar het verplicht gebruik van een 75% driftreducerende techniek voor en vanaf 2026 wordt dit zelfs 90%. Verder is binnen IPM vanaf 2023 ook een terugslagklep vereist in de aanzuigleiding voor oppervlaktewater, en een spoelwatertank wordt verplicht vanaf 2026. Deze zaken worden dus in de lopende cyclus (2023-2025) niét nagezien door de federale keuringsdienst van het ILVO.

Organisatie

Elke aankoop of verkoop van een spuittoestel moet steeds binnen de 30 dagen doorgegeven worden aan de Dienst Keuring Spuittoestellen, zowel voor nieuwe als tweedehandse binnenlandse en buitenlandse toestellen. Aangiftes worden gezamenlijk en schriftelijk door aankoper en verkoper overgemaakt via het formulier voor aankoop en verkoop van een spuittoestel, te bekomen via de website van de keuringsdienst of telefonisch bij de Dienst Keuring Spuittoestellen. Na aangifte van het spuittoestel wordt automatisch per post een bewijs van aangifte opgestuurd. Eenmaal dit bewijs in het bezit is, kan het toestel voorlopig gebruikt worden tot de eerstvolgende keuring.

Bij aankoop van een ander (nieuw of tweedehands-) toestel, moet je ook steeds doorgeven wat er met je oude toestel gebeurde.
Bij aankoop van een ander (nieuw of tweedehands-) toestel, moet je ook steeds doorgeven wat er met je oude toestel gebeurde. – Foto: ILVO

De keuringsdienst zal je steeds naar het dichtstbijzijnde testcentrum uitnodigen en dit op een vaste datum en uur. Zijn datum en uur niet haalbaar, dan dient de keuringsdienst minimaal 5 kalenderdagen vóór de vooropgestelde keuringsdatum te worden verwittigd. Eventueel kan telefonisch en in onderling overleg een nieuwe datum afgesproken worden. Alhoewel de dienst over een keuringslocatie beschikt in bijna elke Vlaamse gemeente of stad, kan een thuiskeuring aangevraagd worden mits extra verplaatsingskosten.

Op https://keuringspuittoestellen.ilvo.

vlaanderen.be/nl/ vind je een schat aan informatie terug. Op het tabblad ‘aangiftes’ kan je alle aangiftes, verkopen, aankopen en buitengebruikstelling doorgeven aan onze dienst. Op het tabblad ‘keuringslocaties’ vind je de ligging terug van alle testcentra in Vlaanderen. Wil je naar een ander testcentrum, dan kan je dit te le fonisch of per mail ( [email protected] ) doorgeven. Op het tabblad ‘documenten en artikels’ vind je de huidige Belgische wetgeving terug inzake de keuring van spuittoestellen en eveneens een aantal beschrijvende artikels omtrent de keuring.

Johan Declercq

en David Nuyttens (ILVO)

Previous ArticleNext Article

Send this to a friend